Nationaal: Racing Festival: nabeschouwing van de organisatoren -

Race 1 NEC FR2.0: Kechele op weg naar de titel: Hoewel hij pas aan zijn tweede meeting van het seizoen toe was, kan de jonge Paul Meijer toch van op pole positie vertrekken en reed hij meteen naar de zege van deze eerste zondagse wedstrijd. Toch was de tocht naar de overwinning niet makkelijk, met Frank Kechele en Tobias Hegewald, eerste en tweede in het kampioenschap, dicht op zijn hielen. Halverwege de wedstrijd kwam de grote verrassing, met een crash van de Duitser Hegewald in de Bruxelles-bocht, waardoor zijn rivaal nu quasi zeker is van de titel. Achter het leidende duo werd de strijd om de derde plaats, tussen Quaife Hobbs en Oakes, pas op het laatst beslist. Het was uiteindelijk eerstgenoemde die het podium mocht bestijgen.

Race 2 Lotus Trophy: Uiteraard Randall: De Brit Chris Randall, reeds op zaterdag overtuigend winnaar, reed ook bij de tweede wedstrijd van het weekend iedereen naar huis en finishte uiteindelijk met meer dan 40 tellen voorsprong op zijn naaste achtervolger Russ Treasure. Ondanks het feit dat hij per ronde zeven seconden uitliep, kreeg Randall het toch even warm toen hij bij de start de motor liet stilvallen. Ver achter hem was de strijd tussen Treasure en Williams veel spannender, hoewel de twee de hele race lang nooit van positie wisselden.

Race 3 Caterham: Frith met pikante saus: Tijdens deze typisch Britse race was de strijd opnieuw heel indrukwekkend. Bij de rollende start behield polesitter Jackson het voortouw, door de binnenkant van de Source aan te houden. Ellwood, winnaar van de eerste race, behield eveneens zijn positie, vlak achter de leider. Er ontwikkelde zich een strijd tussen acht wagens, waarvan de rijders slechts één doel hadden: de zege. Na verloop van tijd wisten vijf rijders een kloof te slaan, door elk om beurt de leiding in handen te nemen, een beetje à la MotoGP. Tot de laatste ronde kon er geen enkele voorspelling gemaakt worden, want de vijf werden amper door een seconde gescheiden. Bij Combes, Blanchimont en bij de remzone voor de laatste chicane reden ze zelfs met vier naast elkaar! Peter Frith, met zo een naam moet je wel winnen in België, trok uiteindelijk aan het langste eind, voor zijn landgenoten Amison en Ellwood.

Race 5 GTP Groep C: Nog een keer Sumpter: Bij de Groep C's werd de startgrid bepaald door de race van zaterdag. Justin Law bleek bij het doven van de lichten iets alerter dan polesitter Mark Sumpter. Deze laatste, aan het stuur van een duidelijk snellere Porsche 962C, had echter niet veel tijd nodig om de eerste plaats te heroveren, ten nadele van de Jaguar XJR 12, nochtans een wagen die eind de jaren '80 in het WK uithouding van zege naar zege reed. Verder in de race volgden er geen verrassingen meer, want het leidende duo verstevigde zijn positie, met achter hen Brian de Vries met een Intrepid. Ondanks de pitstops wijzigde die volgorde niet meer.

Race 6 EuroSeries F3000: Nunes slaat rivalen KO: Twaalf wagens aan de start, maar dat deerde het spektakel niet. De eerste verrassing kwam er al tijdens de opwarmronde, toen Kasper Andersen (revelatie van de eerste wedstrijd) naar de kant moest met een mechanisch probleem. Voeg daar nog bij dat de eerste acht plaatsen van de startgrid werden gevuld volgens de omgekeerde finishorde van de eerste race en het spektakel was van bij de start gegarandeerd. De Braziliaan Diego Nunes, derde op de startgrid, domineerde het wedstrijdbegin. Davide Rigon, leider in het kampioenschap, moest de pitstraat inrijden, nadat hij bij een contact met Leal in de chicane een lekke band had opgelopen. Giacomo Ricci, de winnaar van zaterdag, dacht meteen dat hij een goede zaak kon doen en klom al snel op naar de tweede plaats. Jammer voor hem moest ook hij wegens een technisch probleem de strijd staken. Niets stond Nunes dan nog in de weg om naar de zege te rijden, en zo de kloof met Ricci in het kampioenschap te verkleinen. Tuka Rocha en Jimmy Auby vervolledigden het podium van de snelste race van de dag.

Race 8 NEC FR2.0: Achtste seizoenszege voor Kechele: Geen grote wijzigingen tussen de eerste en tweede wedstrijd van dit Noord-Europese kampioenschap Formula Renault 2.0. Bijna kregen we zelfs dezelfde rijders op de eerste plaatsen. Bij de start verzilverde Kechele zijn pole positie, net voor debutant Paul Meijer. De Duitser Tobias Hegewald voegde zich opnieuw bij dit duo in de strijd om de zege. Na gedurende een groot deel van de wedstrijd met drie op een rijtje te hebben gereden, wist Frank Kechele uiteindelijk toch à rato van twee tienden per ronde uit te lopen. Achter hem deed Meijer hetzelfde (maar aan een hoger tempo) bij Hegewald. In die volgorde finishte het drietal de race.

Race 9 Dutch Supercar Challenge: Dubbel voor de Audi's DTM: Opnieuw een bewogen start in de Dutch Supercar Challenge, met bij de eerste doortocht van de Source heel wat contact tussen de wagens en een spin van de Opel Astra DTM van Ric Wood. In diezelfde eerste ronde zorgde de BMW M3 van Benett/Bags voor het spektakel door in Stavelot over de kop te gaan, wat meteen een tussenkomst van de Safety Car veroorzaakte. Eens de bolide naar een veiliger plek was gebracht werd de meute opnieuw losgelaten. Toch duurde het niet lang vooraleer er weer eentje in de problemen zat. Deze keer was het de beurt aan de Mosler MT900 die langs de kant van de piste stil viel. Op hetzelfde moment vochten de twee Audi's TTR DTM met de Marcos Mantis van Cor Euser voor de kop van de wedstrijd, met een klein voordeel voor Elmar Grimm, winnaar van de eerste race. Eens de pitstops en de rijderswissels waren afgewerkt waren het nog steeds dezelfde bolides voorin, maar nu had de exotische Marcos Mantis een twintigtal seconden voorsprong op de Audi TTR DTM van Grimm en de Passat V8Star van Meindert Van Buuren. Even leek het er op dat de podiumplaatsen vast lagen, maar dat was zonder de verrassingen van de autosport gerekend. Zo moest Cor Euser op tien minuten van het eind zijn Marcos parkeren aan de chicane, terwijl Van Buuren opnieuw door de pitstraat moest. Zelfde euvel voor de leiders in het kampioenschap, De Graaff en Ribbens (Viper), die nadien ook zouden opgeven. Uiteindelijk bezetten de twee Audi's TTR DTM de eerste twee plaatsen, ver voor de BMW V8 van Ruud Olij.

Racing Festival press